AFM: ‘Meer aandacht voor financieel kwetsbare Nederlanders met migratieachtergrond’

21 januari 2022 Banken.nl 4 min. leestijd

De bevolkingssamenstelling van Nederland is de afgelopen jaren sterk veranderd én ook de aankomende decennia zal dat zo blijven. Met deze kennis in pacht heeft de Autoriteit Financiële Markten de financiële kwetsbaarheid van Nederlanders met een migratieachtergrond en de relatie met toegang tot financiële dienstverlening ‘oriënterend’ onderzocht. Hiermee hoopt de toezichthouder een bijdrage te kunnen leveren aan de bewustwording en maatschappelijke dialoog rondom dit vraagstuk.

De AFM wijst erop dat de Nederlandse bevolking anno 2021 voor een kwart (25%) uit inwoners met een migratieachtergrond bestaat. Een aandeel dat naar verwachting verder stijgt naar zo’n 36% in 2050. Hoewel Nederlanders met een migratieachtergrond een heterogene groep vormen, zijn volgens de toezichthouder vooral inwoners met een niet-westerse migratieachtergrond gemiddeld gezien financieel kwetsbaarder.

 Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond hebben gemiddeld een zwakkere positie op de arbeidsmarkt

“Het gemiddeld genomen lager onderwijsniveau en een minder sterke arbeidsmarkt- en inkomenspositie spelen hierin mee. Dit geeft namelijk een hogere kans op schuldenproblematiek en betalingsachterstanden.” De toezichthouder beargumenteert daarbij dat er aanwijzingen zijn die erop duiden dat de inkomensverschillen tussen Nederlanders met en zonder migratieachtergrond “persistent” zijn over generaties heen.

Barrières

Een groot deel van de eerste generatie migranten is op latere leeftijd naar Nederland gekomen, waardoor ze geen volledige AOW ontvangen. Bovendien lijken ze volgens de AFM beperkt gebruik te maken van de Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen (AIO), die het inkomen aanvult tot het sociaal minimum. Al met al leeft 40% van de pensioengerechtigde Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond onder de armoedegrens

Vooral ouderen met een niet-westerse migratieachtergrond leven onder de armoedegrens

Tevens stelt de toezichthouder dat Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond minder vaak gebruikmaken van een bankrekening en minder vaak beleggingen aanhouden. De respondenten uit deze groep geven daarbij aan dat de taalbarrière voor hen een belangrijke belemmering vormt voor de toegang tot financiële dienstverlening en producten.

“Communicatie en informatieverstrekking door financiële dienstverleners vindt vooral in het Nederlands plaats”, legt de AFM uit. “Ook wordt het Nederlandse financiële stelsel vaak als complex ervaren, doordat eenvoudige informatie over financiële producten ontbreekt of moeilijk vindbaar is.”

Advies

De toezichthouder concludeert dan ook dat er meer aandacht voor de financiële kwetsbaarheid van vooral Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond nodig is. De AFM adviseert bijvoorbeeld dat er tijdens het inburgeringsproces meer nadruk kan worden gelegd op de financiële zelfredzaamheid van de nieuwe Nederlanders.

Aanwijzingen voor belemmeringen

Tevens zou de AIO-aanvulling nadrukkelijker onder de aandacht van deze doelgroep moeten worden gebracht en zouden financiële instellingen moeten bedenken hoe zij beter op de doelgroep kunnen inspelen, bijvoorbeeld door het verkleinen van de taalbarrière.

Tot slot adviseert de AFM dat het voor beleidsmakers en toezichthouders nuttig is om een beter inzicht te verschaffen in mogelijke onbedoelde contraproductieve effecten van de huidige wet- en regelgeving voor Nederlanders met een niet-westerse migratieachtergrond. Zo beperken bijvoorbeeld de privacyregels de mogelijkheden om klanten met een taalachterstand telefonisch te helpen met het afsluiten van financiële producten. Hierdoor wordt het financiële dienstverleners onbedoeld lastig gemaakt om de doelgroep van extra ondersteuning te voorzien.