ABN AMRO: Duurzaam vastgoed wordt de standaard
De hoogte van kosten voor energie, onderhoud en belastingen zijn grotendeels afhankelijk van hoe duurzaam een gebouw is. Hoe duurzamer het gebouw, des te lager kosten worden. Op energiekosten kunnen, door goede isolatie of energieopwekking door middel van zonnepanelen, duizenden euro’s per jaar worden bespaard. Niet voor niets wordt duurzaam vastgoed het ‘groene goud’ genoemd. Erik Steinmaier, Head of Estate Advisory bij ABN AMRO, geeft zijn visie.
Financieel duurzaam vastgoed uiteindelijk aantrekkelijker
“Bij niet-duurzaam vastgoed lopen de kosten op. In de toekomst gaan er zelfs nog meer financiële nadelen aan niet-duurzaam vastgoed kleven. In veel landen is er bijvoorbeeld al een CO2-taks en er volgen naar verwachting steeds meer (belasting)maatregelen voor gebouwen die niet duurzaam zijn. De TCO (Total Cost of Ownership) van niet duurzaam vastgoed zal naar verwachting dus alleen maar stijgen. Bij wel-duurzaam vastgoed zal de TCO juist dalen: financieel is duurzaam vastgoed erg aantrekkelijk.”
Duurzaamheidscriteria
Wanneer is een gebouw duurzaam? Om dat te beoordelen is door de overheid een vijftal duurzaamheidscriteria opgesteld: energiezuinigheid, materiaaltoepassing, gezondheid in gebouwen, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde. Op basis van indicatoren wordt een inschatting gemaakt van de duurzaamheid van een gebouw. “Door vooraf goed rekening te houden met de duurzaamheidscriteria, kan een ontwikkelaar meteen winst behalen op duurzaamheidsvlak. ABN AMRO adviseert over de financieringsmogelijkheden tijdens zulke trajecten. Een mooi voorbeeld daarvan is de samenwerking met OVG, een internationaal projectontwikkelaar en voorloper op het gebied van duurzaamheid. OVG's opdrachtgever Deloitte wilde twee kantoorlocaties samenvoegen. De wens was om een nieuw, zeer duurzaam, pand te ontwikkelen op de Zuidas in nabijheid van de Vrije Universiteit Amsterdam. ABN AMRO heeft dit omvangrijke project gefinancierd. Nu staat het gebouw er en wordt het geprezen als één van de meest duurzame gebouwen ter wereld”, aldus Steinmaier.
Gezonde gebouwen verdienen zich terug
Energiezuinigheid, materiaaltoepassing en gebruikskwaliteit zijn criteria die veel mensen wel kennen als het gaat om duurzaamheid. De gezondheid in gebouwen is wellicht onbekender. Er is een aantal indicatoren opgesteld rondom dat criterium. Geluid, ventilatie en zonlicht zijn daar voorbeelden van. Uit onderzoek blijkt dat duurzame gebouwen, met betere ventilatie, geluidsisolatie en aandacht voor de juiste hoeveelheid daglicht, het ziekteverzuim kunnen verlagen. Dit verhoogt de arbeidsproductiviteit; en dat levert volgens een doorrekening in opdracht van het ministerie SZW veel geld op. Als het ziekteverzuim door duurzaam werken met 1% daalt, scheelt dat alle Nederlandse werkgevers samen jaarlijks €2,6 miljard. Per werknemer komt dat op jaarbasis neer op een bedrag van ongeveer €400,-
Locatie bepalend voor toekomstbestendigheid
Wanneer we nog breder naar de term ‘duurzaam vastgoed’ kijken, komt ook de locatie van een gebouw aan bod. Dit gaat vooral over het criterium toekomstwaarde. “Bedrijventerreinen langs de snelweg die specifiek voor een bepaald bedrijf zijn ontworpen, zijn niet duurzaam. Dit soort panden is vatbaar voor leegstand omdat de locatie niet toekomstbestendig is; bedrijven vestigen zich liever op andere plekken. Wanneer een pand niet gebruikt wordt, levert het niets op. Dat maakt een pand niet-duurzaam. Wel duurzaam zijn bedrijfspanden in gebieden waar mensen ook wonen, winkelen en reizen. Denk hierbij aan het gebied rondom een centraal station. Panden die daar staan, lopen minder kans op leegstand; ze zijn dus toekomstbestendig. Voor een investeerder is dit erg belangrijk: het bepaalt mede hoe snel een pand verhuurd of verkocht wordt”, aldus Steinmaier.
Financiering
Projectontwikkelaars financieren hun vastgoedprojecten meestal met geld van een bank. “Bij ABN AMRO worden dergelijke aanvragen dagelijks beoordeeld. Duurzaamheid past en hoort bij de manier waarop wij vandaag leven. Wat ons betreft is duurzaam vastgoed dan ook de standaard”, aldus Steinmaier.