Van rapportage naar routine: financiële instellingen zoeken naar verbetering in CSRD-rapportage – GenAI biedt oplossingen
Nu de eerste CSRD-rapportages zijn ingediend, staan veel financiële instellingen voor een nieuwe uitdaging: hoe wordt een eenmalige inspanning verankerd in een duurzaam, jaarlijks proces? Uit onderzoek van ACE + Company blijkt dat financiële instellingen worstelen met terugkerende knelpunten zoals datavraagstukken, verhoogde werkdruk en onzekerheid over wetgeving.
Tegelijkertijd ontstaan er innovatieve oplossingen. De basis staat. De volgende stap is een structurele, efficiënte rapportagecyclus. Mogelijk ondersteund door GenAI.
Data problemen en handmatig werk in de eerste CSRD-cyclus
De eerste CSRD-cyclus brengt tal van procesmatige en inhoudelijke knelpunten aan het licht. Veel instellingen hebben te maken met ontbrekende of inconsistente ESG-data, te wijten aan een gebrek aan data definities en ‘lineage’.
Daarnaast verlopen deze processen handmatig. Dit komt omdat de meeste datastromen nog opgezet moeten worden, dit kan oplopen tot bijna 1.200 datapunten. Daardoor ontstaat er veel zoekwerk over wat elk datapunt inhoudt, waar de data op te halen is en hoe deze van A naar B komt. Het handmatige werk dat hierbij is komen kijken is een van de redenen waarom er zorgen zijn over de kwaliteit van sommige data.
GenAI-gedreven oplossingen, zoals RegAI van ACE + Company, kunnen hier in de toekomst echt een uitkomst bieden.
Naar een professionele tweede cyclus
Voor de komende rapportagejaren is verdere professionalisering noodzakelijk, zoals data automatisering, centrale data aanleverplatforms, en een duidelijke RACI met vaste herleidbare datastromen. Uit het onderzoek blijkt dat voor deze transitie voornamelijk gebruik wordt gemaakt van zogenaamde ‘transitional structures’.
Organisaties kiezen ervoor om eerst via tijdelijke teams gefaseerd ervaring met innovatieve technologie op te doen. Dit experimenteren met optimalisatie in kleinere delen van de organisatie kan helpen om werkwijzen te verfijnen voordat ze vervolgens stap voor stap geïntegreerd worden in de rest van de organisatie.
Bovendien wordt er steeds meer intern geïnvesteerd: waar aanvankelijk veel externe consultants betrokken waren, verschuift de nadruk naar eigen medewerkers. Zo zegt een deelnemer van het onderzoek: “We zijn nu bezig met het internaliseren van werk dat eerst uitbesteed was, zodat we op termijn zelfredzaam zijn.”
Deze ontwikkeling versterkt de verankering van CSRD in het dagelijks functioneren van organisaties.
CSRD verder opnemen in de organisatie
Naast het verankeren van de CSRD-cyclus zijn organisaties ook bezig met het opnemen van CSRD in de bredere risk & control raamwerken. Deze stap verzekerd integratie in de dagelijkse werkzaamheden van de organisatie en voortgang op het proces.
Dit is een enorme klus, de wetgeving moet tegenover een grote hoeveelheid bestaande beleidsstukken gehouden worden om te vergelijken waar overlap, hiaten of herhalingen aanwezig zijn.
Ook hier bestaan er mogelijkheden voor het inzetten van oplossingen zoals RegAI. Door GenAI is dit soort werk nu met een veel hogere efficiëntie en kortere doorlooptijd uit te voeren.
Stagnerende voortgang rond CSRD
Bij werknemers die moeten bijdragen aan de rapporten overheerst het gevoel van extra werk. Dit zorgt voor weerstand in het CSRD proces. Uit het onderzoek blijkt dat dit geleidelijk afneemt naarmate gewenning en verbeteringen plaatsvinden.
Echter, met de komst van de Omnibus zijn veel toekomstige aanpassingen op pauze gezet. Enerzijds heeft dit een voordelig effect op de investeringskosten, anderzijds ondermijnt het het lerend vermogen om een efficiëntie slag richting het tweede jaar toe te passen.
Een bijkomstig effect is dat de onduidelijkheid ertoe leidt dat het belang van verbetering onder zowel medewerkers als management minder serieus genomen wordt. Zo gaf een deelnemer aan: “We moesten en moeten het belang van CSRD nog steeds intern verkopen.”
Druk van buitenaf
De wetgeving verplicht duurzaamheidsrapportage om via een externe audit het annual report te laten beoordelen. Deze ‘limited assurance’ leidt tot verhoogde aandacht binnen finance teams. Een deelnemer benadrukte: “Zodra audit erbij betrokken was, kwamen er middelen beschikbaar.” Daarmee fungeert wetgeving via audit als hefboom om CSRD organisatorisch serieus te nemen.
Tot slot blijkt dat instellingen niet alleen reageren op wetgeving, maar zich ook proberen te spiegelen aan peers. Benchmarking met andere banken en het volgen van, en bijdragen aan marktinitiatieven spelen een grote rol in het vinden van verbeterpunten in de eigen aanpak en rapportage.
GenAI als katalysator
Hoewel de aanpak voor CSRD-implementatie niet uitsluitend technologisch is, blijkt uit het onderzoek dat GenAI het proces aanzienlijk kan versnellen en structureren. GenAI kan bijvoorbeeld helpen bij de implementatie van een ESG data model, gebaseerd op interne en externe richtlijnen, waardoor organisaties eenduidige definities hanteren.
Ook kan GenAI gebruikt worden om de data te controleren of aan alle eisen is voldaan, wat tijdrovende handmatige validatierondes voorkomt. Een ander voordeel is de mogelijkheid om beleidsdocumenten en controlekaders te koppelen aan CSRD-vereisten, waardoor organisaties beter zicht krijgen op overlap, hiaten of herhalingen van werk.
Tot slot kan GenAI worden ingezet om wetgevingsupdates, zoals de Omnibus, automatisch te monitoren en te vertalen naar implicaties voor rapportage. Door repetitieve, foutgevoelige processen te ondersteunen, versnelt GenAI niet alleen het rapportageproces, maar maakt het ook schaalbaar en toekomstbestendiger.
Een artikel van Rens Krediet, onderzoeker namens ACE + Company. Meer weten hoe ACE + Company kan helpen? Klik hier voor meer informatie.
