Bij het aflopen van de rentevastperiode van een hypotheek is het belangrijk dat consumenten duidelijke en volledige informatie krijgen over onder meer de hoogte van de rente en de mogelijkheid om financieel advies in te winnen. Ook is het wenselijk dat consumenten informatie krijgen over de mogelijk nadelige gevolgen van een lagere hypotheekrente voor de opbouw van de spaarpot bij een (bank)spaarhypotheek. Dit stelt de Autoriteit Financiële Markten (AFM) in een reactie op berichtgeving van RTL Nieuws dat niet alle banken klanten wijzen op deze mogelijk nadelige gevolgen bij een (bank)spaarhypotheek.
Lagere hypotheekrente niet altijd voordeling voor klant
Aanleiding van het item van RTL Nieuws is een klant van Rabobank met een spaarhypotheek, waarbij een hogere rente voordeliger zou zijn dan een lagere. In zijn brief werd hier echter niet voor gewaarschuwd. Bij consumenten met een (bank)spaarhypotheek is de hypotheekrente gekoppeld aan de rente die wordt vergoed over de spaarpot. Een lagere hypotheekrente levert een lagere rentevergoeding op over het spaargeld. Er is dan extra inleg nodig om het gewenste bedrag bij elkaar te sparen. Het is belangrijk dat consumenten zich dat realiseren, aldus RTL. Rabobank en ABN AMRO hebben aangegeven deze oproep ter harte te zullen nemen en hun brief aan te passen. Er zijn echter veel meer specifieke uitzonderingen te bedenken en in dat licht wellicht meer aanpassingen nodig.
AFM: Einde rentevastperiode uitstekend moment voor advies
Duidelijke en volledige informatie stelt consumenten in staat om een goede keuze te maken voor een bepaalde rente of hypotheekverstrekker, aldus de AFM. Het aflopen van de rentevastperiode is, volgens de AFM, bij uitstek een geschikt moment om een adviseur te raadplegen. “Hij kan de gevolgen van een rentevoorstel in kaart brengen en eventueel met betere oplossingen komen. Het is een goed moment om kritisch te kijken naar de hoogte van een eventueel aflossingsvrij gedeelte van de hypotheek. Een adviseur heeft daarbij oog voor de persoonlijke omstandigheden, die misschien zijn veranderd door bijvoorbeeld een echtscheiding of gezinsuitbreiding”, aldus een woordvoerder van de toezichthouder.