Klanten van Knab die zich buiten de eurozone, begeven krijgen voortaan een berichtje met de boodschap dat ze beter niet hun geld ter plekke kunnen wisselen. Vanwege een vaak ongunstige wisselkoers en hoge commissies - in het bijzonder op locaties als vliegvelden - kunnen klanten beter kiezen voor betalen met kaart of geld pinnen bij een automaat.
Valutawisselkantoren doen vaak goede zaken. Ze maken gebruik van de bezorgdheid van consumenten om zonder contant geld te zitten en rekenen hoge commissies voor het wisselen van geld, vaak gekoppeld aan een ongunstige wisselkoers. Consumenten kunnen soms veel geld besparen door geen geld te wisselen, maar door simpelweg te betalen met een bankkaart of door geld bij een lokale automaat te pinnen. Knab stuurt deze boodschap automatisch aan klanten wanneer zij een niet-euroland binnentreden.
Uiteraard komen er kosten kijken bij elektronisch betalen of geld opnemen in het buitenland. Banken rekenen daarvoor een koersopslag van een bepaald percentage en regelmatig ook nog een vast bedrag per transactie. Klanten van Knab betalen een vaste koersopslag van 0,5%, terwijl andere banken naar eigen tot 1,2% rekenen. Die kosten liggen doorgaans alsnog een stuk lager dan de commissies van wisselkantoren.
Marcel Kalse - mede-oprichter van Knab - zegt hierover: “We merken dat klanten buiten de Eurozone vaak nog geld omwisselen bij kantoren, hotels of zelfs op straat. Dat is veel duurder dan wanneer je gewoon afrekent met je pinpas in het restaurant of de winkel. Dat vinden we een alert waard.” Behalve die tip ziet de klant in de app ook direct de actuele wisselkoers van het land waar hij op dat moment is.